Spel
De zoektocht van een man om te overleven De man werd badend in het koude zweet wakker. Hij had weer dezelfde nachtmerrie gehad, die waarin hij verdwaald en alleen in de wildernis was, zonder voedsel, water of onderdak. Hij haalde diep adem en probeerde zijn kloppende hart te kalmeren. Hij was nu veilig, in zijn eigen bed, maar het gevoel van angst bleef hangen. Hij stapte uit bed en liep naar het raam. De zon scheen en de vogels zongen, maar de man kon zichzelf er niet toe brengen optimistisch te zijn. Hij wist dat de komende dag een strijd zou worden. Hij liep naar de keuken en zette een pot koffie op. Terwijl hij wachtte tot de koffie zou komen, dacht hij na over zijn situatie. Hij was al weken op de vlucht, sinds zijn dorp werd aangevallen door overvallers. Hij had alles verloren, zijn familie, zijn huis, alles. Hij had het geluk gehad met zijn leven te kunnen ontsnappen, maar hij wist dat hij niet eeuwig kon blijven vluchten. Hij moest een plek vinden om te verblijven, een plek waar hij veilig kon zijn. Maar waar zou hij heen gaan? Hij kende niemand in dit deel van de wereld en hij had geen geld. Hij dronk zijn koffie op en ging naar buiten. Hij ademde diep de frisse lucht in en begon te lopen. Hij wist niet waar hij heen ging, maar hij wist dat hij in beweging moest blijven. Hij liep urenlang, totdat hij bij een klein stadje kwam. Hij aarzelde even en liep toen het stadsplein op. Hij werd onmiddellijk omringd door mensen, die allemaal naar hem staarden. Hij voelde zich een buitenstaander, een vreemdeling in een vreemd land. Hij liep naar een man toe die fruit verkocht. Hij kocht een appel en at hem onderweg op. De appel was heerlijk en gaf hem een beetje hoop. Hij liep een tijdje door de stad, op zoek naar een plek om te verblijven. Uiteindelijk vond hij een kleine herberg en ging naar binnen. De herbergier was een vriendelijke man en hij gaf de man een kamer voor de nacht. De man ging naar zijn kamer en liet zich op bed vallen. Hij was uitgeput, zowel fysiek als emotioneel. Hij sloot zijn ogen en probeerde te slapen, maar de nachtmerries kwamen opnieuw. Hij werd badend in het koude zweet wakker. Hij had gedroomd over de aanval op zijn dorp. Hij kon nog steeds het geschreeuw van de stervenden horen, de geur van het brandende vlees. Hij stapte uit bed en liep naar het raam. De zon scheen, maar de man kon zichzelf er niet toe brengen optimistisch te zijn. Hij wist dat de komende dag een strijd zou worden. Hij liep naar de keuken en at ontbijt. Toen ging hij naar buiten en begon te lopen. Hij wist niet waar hij heen ging, maar hij wist dat hij in beweging moest blijven. Hij liep urenlang, totdat hij bij een bos kwam. Hij aarzelde even en liep toen het bos in. Hij wist niet wat hij zocht, maar hij wist dat hij het moest vinden. Dagenlang liep hij door het bos, totdat hij bij een open plek kwam. Midden op de open plek stond een kleine hut. De man ging naar de hut en klopte op de deur. De deur ging open en daar stond een vrouw. Ze was oud en zwak, maar ze had een vriendelijk gezicht. "Kan ik u helpen?" zij vroeg. ‘Ik ben verdwaald,’ zei de man. "Ik zoek een plek om te verblijven." ‘Je bent welkom om hier te blijven,’ zei de vrouw. "Mijn naam is Martha." De man ging de cabine binnen. Het was klein en bescheiden, maar het was thuis. Hij bleef een paar weken bij Martha. In die tijd heeft hij veel over haar geleerd. Ze was weduwe en had haar man vele jaren geleden verloren. Ze had een zoon, maar hij was verhuisd om een eigen gezin te stichten. Martha was een vriendelijke en genereuze vrouw, en ze nam de man onder haar hoede. Ze leerde hem koken, tuinieren en hoe hij van het land moest leven. De man was Martha's vriendelijkheid dankbaar en hij heeft veel van haar geleerd. Hij leerde hoe hij kon overleven in de wildernis, hoe hij een eenvoudig leven moest leiden en hoe hij dankbaar kon zijn voor de kleine dingen. Na een paar weken besloot de man dat het tijd was om verder te gaan. Hij bedankte Martha voor haar gastvrijheid en ging het bos in. Hij wist niet waar hij heen ging, maar hij wist dat het goed zou komen met hem. Dagenlang liep hij, totdat hij bij een rivier kwam. Hij volgde een tijdje de rivier, totdat hij bij een dorp kwam. Hij ging
Bekijk de gamevideo
De overzichten van het spel